Ik merk dat de blog heel lang stil heeft gelegen. Dat is een nadeel nu ik ook op facebook korte berichtjes post, een echt verhaal schrijven wordt een hele opdracht. Toch een poging, onze huisruil Australië-reis in foto's, met een brei-insteek...
Sorry that it was so quiet here. Being on Facebook takes down the urge to write a long blogpost... But I will give it a try, a report about our home exchange trip to Australia last summer, with a bit of knitting on the side...
We hebben maar een 'klein' stukje van Australië gezien. In totaal reisden we zo'n 3000km door Queensland, en daarna verbleven we nog een paar dagen in Sydney. We vlogen van Amsterdam over Hong Kong naar Cairns. Ons eerste huisruilhuis stond in Kuranda, een toeristisch bergdorpje. Het noorden van Queensland is tropisch. Dat betekende dus: overvloedige plantengroei, vochtig regenwoud, 's avonds op de veranda zitten en naar de geluiden van het oerwoud luisteren...
We only saw a 'small' part of Australia. We travelled 3000km through Queensland, and spent the last few days in Sydney. Our first home exchange home was located in the tropical rainforest in the mountains. In the evening we sat on the porch and listened to all the mysterious sounds of the rainforest...
Er is geen winter of zomer in het tropische noorden, alleen nat (orkaan-)seizoen en droog seizoen. Wij reisden in het droog seizoen, wanneer het minder warm is (toch nog altijd 27 tot 30 graden). Het plaatselijke fruit zijn de bananen, passievruchten, advocado's, mandarijnen, suikerriet... En de plaatselijke dresscode: zomers en hippie. Mannen lopen vooral in korte broek en met teenslippers. Of op blote voeten!
In the tropical North there is no winter or summer, only the wet season (also hurricane season!) and the dry season. We travelled in the dry season, and still had temperatures around 27 to 30 celcius. Local fruit is very tropical too... The dresscode is very easygoing. A man with long trousers is a rarity. And it's not uncommon to see people barefooted!
We reden verder naar beneden langs de kust. We kwamen het ene paradijselijke plekje na het andere tegen. Mission Beach was echt een postkaart. Maar het waait wel eens, en dan komt er zand in je ogen...
We drove down the coast, along picture postcard beaches... sometimes a bit windy, and then you get sand in your eyes....
Ondertussen had ik nog geen wolwinkels tegengekomen. In Yungaburra was er wel dit atelier, de red shed. Het was een plaats waar lokale artiesten allerlei workshops gaven, ook een paar rond textiel, maar dan vooral weven. Schapen had ik ook nog niet gezien, terwijl ik toch het beeld van Australië heb van grote kuddes schapen die door het landschap draven. Maar niet in het tropische noorden dus, voor schapen is het gewoon veel te warm.
I did not see any yarnstores the first weeks. I did stumble on this shop in Yungaburra, the red shed. It is a community based initiative, where local artists gave workshops. I did not see a single sheep either. When I asked, they told me that it was just too hot for sheep up north.
Huisruilend kom je op plaatsen waarvan de reisgids zegt dat er niets te zien is. In Mackay deden we een Art Deco wandeling. OK, we zijn wel wat meer gewoon in België, maar het was eens iets anders dan een tropisch strand. En de wandeling eindigde aan een soort gemeenschapscentrum, waar ik deze haakwerkjes fotografeerde. Maar na 3 weken had ik nog steeds geen wolwinkel gezien.
Sometimes with home exchange you end up in places where there is 'nothing to see'. Mackkay is not on the tourist hitlist, but the Art Deco walk was a change from all the beaches and resorts. The walk ended at the local community centre, where I took pictures of these crochet projects. But after three weeks of travelling, still no yarnstore in sight.
In week 4 kwamen na een dagtochtje door de Glass House Mountains in Maleny terecht. Het is een stadje met veel 'arts&crafts', muziekwinkeltjes, galerijen, ijssalons... En eindelijk
een beetje wol gevonden in de stoffenwinkel!
In week 4, we ended up in Maleny, after a relaxing drive through the Glass House Mountains national park. Maleny is a small town with lots of Arts&Crafts, music venues, ice cream bars... and a quilt shop where I actually found some handdyed yarn to take home as a souvenir.
We reden verder naar het zuiden. In Surfers Paradise stond ons volgende huisruilappartementje. Hier is het klimaat subtropisch, en het werd al wat frisser. Dus hier heb ik zelf wat kunnen breien, en mijn zomers vestje kwam goed van pas. Surfers Paradise was totaal mijn ding niet: torengebouwen, veel grote groepen toeristen, druk (zelfs buiten het seizoen). Voordeel: veel restaurantjes om de plaatselijke specialiteit te proeven - sushi!
Our next stop was Surfers Paradise. The climate is subtropical, less warm, we even had a full day of rain. Perfect weather to finish my summer sweater. I did not like Surfers Paradise: high rise buildings, lots of people (even in the low season), crowded. But also lots of restaurants to taste the Australian local dish: sushi.
Van hier uit maakte in ook een uitstap met de trein naar Brisbane. In de voorstad Taringa bezocht ik een echte wolwinkel,
Glorious yarn. De vraag is altijd: wat koop je dan? Ik ga dan voor plaatselijke wol, en dat is niet zo evident in Australië. Veel wol wordt in bulk uitgevoerd, en wordt verwerkt in China of Italië. Ik ben uiteindelijk naar huis gegaan met deze bolletjes
Cleckheaton superfine merino. Mét labeltje om in te naaien in je project. Chique. Als je dan 16 bolletjes voor 1 trui koopt heb je wel 16 labeltje. Misschien toch niet zo praktisch.
In Taringa, a suburb of Brisbane I visited Glorious yarn. I always try to buy local yarn when I visit a shop. Not so easy to do in Australia, most wool (or raw fleece) is exported to China or Italy to be processed. But this Cleckheaton superfine merino is grown and spun in Australia, so that came home with me. It comes with a label to sew into your garment. Very posh. But not very practical, because each ball has a label. So if you buy 16 balls for a sweater, you end up with 16 labels...
En dan, Sydney. Hier was het winter. De mannen droegen lange broeken, de vrouwen winterjassen en soms al eens een sjaal of muts. We troffen het, met een winters zonnetje en zo'n 15 graden. Maar 's nachts werd het koud!
We finished our trip in Sydney. Winter. Men wore long trousers. Women had their coats on, sometimes a scarf and (knitted) hat. It still was sunny during the day, but cold at night.
Ik sprak af met een lokale breister via Ravelry, en zij bracht me naar Hornsby. Achter in een galerij zat een klein winkeltje, en daar kocht ik Australische sokkenwol. Foto's waren verboden in de winkel, maar wie eens wil rondkijken kan dat
via deze link.
I met up with a local knitter through Ravelry, and she took me to Hornsby. In the back of a mall was a small shop, where I bought some Australian sockyarn. No pictures allowed in the shop, but I found some pictures online.
Ondertussen is de roze wol al omgevormd tot een warm paar sokken. Een draagbaar souvenir aan 6 mooie weken in Queensland, Australië! Nu nog de rest van dat uitgestrekte land zien...
The pink yarn is already turned into a warm pair of socks, a portable souvenir of 6 weeks in Queensland, Australia! Still lots of things to discover in that vast country...